EEN ECHTE WINTERSOEP met pastinaak en bier uit de serie KLOOSTERGERECHTEN

Simpelheid , maar toch gebaseerd op lange ervaring om iets smaakvols te koken, typeert gerechten uit de traditie van kloosters.

Deze wintersoep met Pastinaak en Knolselderij laat dat in de eerste hap al proeven.

WINTERSOEP MET vers geoogste PASTINAAK

600 gram pastinaken
½ selderijknol

2 sjalotjes of 1 grote ui
1 eetlepel honing
1 theelepel boter & nog 2 eetlepels boter
1 glas bier ( witbier smaakt erg goed)

1 ½ liter groentebouillon
een halve citroen uitgeperst
½ theelepel korianderzaden ( in de vijzel grof gekneusd)

Zeezout en peper uit de molen
wat verse kruiden klein geknipt als bieslook, peterselie of koriander
Een schep zure room per bord of kom

Maak de groentes schoon en snij het in dobbelsteentjes.

In een soeppan smelt men de theelepel boter en voeg daar de honing bij. Laat het licht inkoken tot het bijna gaat karameliseren ( dus wat donkerder van kleur wordt, maar zeker niet te veel).

Voeg er dan de groente met de ui bij en smoor alles een paar minuten aan , zodat alle groente een dun karamellaagje krijgen. Giet er dan het glas bier bij en laat alles even verder bruisen.

Voeg er dan de bouillon, de boter, citroensap en gebroken korianderzaad bij. Maal er peper over en voeg naar smaak wat zout erbij. Nu de soep zeker 40 minuten tegen de kook aan laten gaar worden. Dan van het vuur af door een roerzeef of een staafmixer gebruiken om de soep fijn te maken. Wordt de soep nu te dik er nog wat bouillon bijvoegen. Proeven en op smaak maken.

In elk bord kan men een lepel zure room doen en de zeer warme soep erover scheppen. Bestrooien met wat fijne kruiden.

Vers bruin boerenbrood smaakt er heerlijk bij, eventueel besmeerd met wat kruidenkaas.