De keuken van de oorspronkelijke Nederlandstalige NOORDZEEKUST vanaf Duinkerken omhoog.
De Hoge Blekker is het hoogste punt van de Vlaamse duinenrij. Van ver uit de zee is het een baken voor zeevaarders. Ook her natuurgebied daar is naar de Hoge Blekker, die wel 33 meter hoog is genoemd. Blekker of Blinkaart is de plaatselijke benaming voor onbegroeide duinheuvel die het zonlicht weerkaatst (blekken of blinken).
Aan de oorsprong van de Hoge Blekker en het aansluitende duinmassief liggen paraboolduinen die zich tussen de 16e en 19e eeuw vormden en zich door de tijd continu verplaatsten. Typerend voor deze duinen is de hoefijzervorm. De armen daarvan geven de overheersende windrichting aan. De hoge paraboolduinen worden van elkaar gescheiden door diepe dalen = pannen. Veel van die pannen werden omstreeks midden 1800 voor kleinschalige landbouw gebruikt. Op de duinakkertjes werd vooral haver, rogge en aardappelen verbouwd. Voor het bemesten van de schrale bodem gebruikte men zeevette, een mengsel van gier, visafval en wier. Om de akkers tegen het opdringende zand te beschermen werden de stuivende flanken van de duinen beplant met takkenbossen.
Het natuurbeheer van tegenwoordig probeert de oorspronkelijke toestand ( wat dat dan ook is) weer terug te krijgen en rooit de daaruit ontstane rijen bomen vaak. In het duingebied kan men heerlijk wandelen.
De kust bij de Hoge Blekker kent nog een zeer oud gebruik: met stoere paarden worden zoals vroeger gebruikelijk hier langs die kust met een sleepnet Noordzee-garnalen gevangen. Dit moet je gaan zien en proeven.
Maar nog opvallender was vroeger de inkomsten uit de verkoop van spullen en etenswaar aan de vooral Franse en Engelse toeristen. Boterbabbelaars ( hier babelutten genoemd) werden daarbij zeer vaak te koop aan geboden.
Het verhaal van de babelutten:
Midden 19e eeuw kwam Rosalie Desmedt met haar man aan de Vlaamse Noordzeekust te wonen. Haar man werkte als schrijnwerker, maar in de zomer verdiende hij meer door Berliner bollen aan de toeristen te verkopen. Toen herinnerde Rosalie zich de babbelaars van haar moeder maakte en ze begon boterbabbelaars ook voor vooral de kinderen van de Engelse en Franse toeristen te maken. Ze verpakte ze in stukje boterpapier. Ze werden een enorm succes, waarbij de kinderen Rosalie “Mère Babelutte” een verbastering van babbelaars, noemde.
Rosalie verkocht haar snoepjes zo goed, dat ze uiteindelijk een eigen winkeltje opende.
Al hoewel verschillende mensen nog steeds babelutten maakten, was de verkoop ervan aan toeristen in de vergetelheid gekomen. Eind van de vorige eeuw kwamen ineens overal aan de Vlaamse kust mensen die het originele recept van Moeder Babelutte weer maakten. Maar even wat noordelijker is men in Zeeuws Vlaanderen altijd de echte Zeeuwse boterbabbelaars blijven maken.
Recept Zeeuwse boterbabbelaars: https://www.nederlands-dis.nl/basis/snoeperij/kaas-melk-zo-boterbabbelaars-uit-zeeland-en-de-vlaamse-kust/
VLAAMSE BABELUTTEN
- 100 gram lichte kandijstroop
- 100 gram roomboter
- 50 gram room
- Scheutje pinda-olie
Of
- 200 gram kristalsuiker
- 100 gram lichte suikerstroop
- 100 gram roomboter
- 50 gram room
- Scheutje olie
Smelt de boter en voeg er de suiker en stroop bij. Roer er ook de room al roerend bij. Breng het mengsel aan de kook en laat het ongeveer 5 minuten borrelen. Test of de karamel klaar is door een druppeltje ervan in een glas water te laten vallen. Stijft het mooi op, dan mag de pan van het vuur.
Vet een granieten ( ouderwets aanrecht) of anders een marmeren werkblad in met arachideolie.
Giet de karamel uit over het werkblad. Door in aanraking te komen met het koude vlak, zal die stollen. Trek de karamel op, draai ze om en laat ze weer vallen. Blijf dat herhalen om ervoor te zorgen dat de karamel elastisch blijft en gelijkmatig stolt. Zodra ze de textuur heeft van een stevige pasta, kan je er een streng van draaien. Plooi de karamel weer op, trek ze opnieuw tot een streng… en blijf dit even herhalen. Trek er ten slotte een lange, smalle streng van en snijd die in stukjes.
LUXER RECEPT: HONINGBABELUTTEN
- 60 gram honing
- 1 vanillestokje of 2 theelepels gemalen vanille
- 30 gram roomboter
- 250 gram rietsuiker
Doe de ingrediënten in een pan en smelt alles al roerend. Zet het vuur wat hoger en kook er een lichte karamel mee. Wanneer het geheel mooi bruin is neem je een theelepel karamel uit de pot en giet hem in een kommetje ijskoud water. Als het bolletje hard wordt is het klaar. Indien niet, laat dan nog even verder koken.
Laat de pan afkoelen in koud water en giet de karamel op een plaat bedekt met boterpapier, anders kleeft het aan de plaat.
Laat 2 uur afkoelen en snij of beter knip daarna babelutten. Eet ze op of verpak ze in plastiekpapier want anders gaan ze kleven.
GENIETEN AAN DE GRENS VAN DE LAGE LANDEN : NEDERLANDS DIS